Amateursportverenigingen nog verder in de knel

Door de toestemming op motie nr. 115 op 12 februari 2024 wordt erkend dat een groot deel van de sportverenigingen zich zorgen maakt over of zij in de toekomst nog wel overeind kunnen blijven, dat steeds meer sportverenigingen voor grote uitdagingen staan omtrent actuele thema’s als duurzaamheid en toenemende lasten door bureaucratie.

Binnen de toenemende lasten door bureaucratie valt ook de wet- en regelgeving rondom contracten binnen de sport. Hierom verzoeken wij nogmaals de aandacht te richten op het wetsvoorstel “Verbetering zekerheid flexibele arbeidskrachten”. We benadrukken de kracht en het belang van een sterke sport- en beweeginfrastructuur, maar merken tegelijkertijd op dat (aankomende) wetgeving het bestaansrecht van deze clubs dreigt te ondermijnen.

Het oprekken van de onderbrekingstermijn naar 5 jaar, conform het wetsvoorstel, zal een uitstroom van technisch kader in de sportsector bewerkstelligen. Het nu al grote tekort aan trainers en coaches zal voor de nu al vele kwetsbare sportverenigingen een nekslag kunnen betekenen of zwart betalen in de hand werken.

We verzoeken de Kamer het bestaansrecht van sportverenigingen in Nederland niet in het geding te laten komen. We roepen hierom de Kamer op om een uitzondering in de ketenregeling op te nemen voor zogenoemde ‘kleine contracten’ in de amateursport en de onderbrekingstermijn van 3 maanden te handhaven juist t.b.v. de professionalisering van de sportsector en onze lobby te steunen.